Als een film in de bioscoop komt, staan acteurs en regisseur in de spotlight. Maar wie zijn al die mensen op de aftiteling, die de film echt maken? Vandaag het voorlopig laatste deel uit een serie portretten door Jo Voets, met mini-interviews over leven en werk op de set van In Blue
Jo Voets – Setfotograaf
Een setfotograaf hoor of zie je zelden. Toch ziet het publiek zijn beelden vaak als eerste. Hij heeft een grote kast om zijn camera gebouwd om tijdens de scènes geruisloos foto’s te kunnen trekken (zoals Jo dat noemt). ‘Een filmset is meestal vrij hectisch maar je moet snel en discreet kunnen werken, rekening houden met gevoeligheden van cast en regie, de rest van de crew niet hinderen bij hun taken, semi-onzichtbaar zijn, licht en lenzen begrijpen, en technisch en inhoudelijk goeie foto's afleveren. Dat zijn zowel stills (foto's van de acteurs die de scène spelen) als portretten en werkfoto's (die het reilen en zeilen op de filmset vastleggen).’
Op de foto?
‘17 januari. We waren bij minus 20 exterieur nacht aan het draaien op de autoscooters in het Terra-park. Het hele pretpark zat onder een dikke laag verse sneeuw waardoor het best iets sprookjesachtig kreeg. Maar uiteindelijk werd het me toch tè bar en besloot ik even te gaan schuilen in de mobil home van make-up. Waar het overigens niet veel warmer was. Nadat mijn baard en de lens ontdooid waren maakte ik deze selfie. Zonder stick!’
Dieptepunt?
‘Het verhaal van de straatkinderen die in tunnels onder Boekarest leven was me niet vreemd omdat ik er ruim 10 jaar eerder een foto-reportage over maakte. Het land maakte zich toen volop klaar om lid te worden van de EU. Het was bepaald deprimerend om vast te stellen dat er nog niets veranderd is.
De film blijft verder voor altijd verbonden met het overlijden van m'n moeder. Tijdens het eerste werkbezoek met Jaap aan Roemenië kreeg ik van m'n zus te horen dat het niet goed met ze ging, en 10 dagen later was ze er niet meer.’
Mooiste moment?
‘Boekarest in 360°, een adembenemend zicht over de stad, de uitgestrekte parken, de bevroren meren, de protserige boulevards (die dateren uit de tijd dat alleen de president en de apparatchiks zich een auto konden veroorloven). Ook: de woontorens, rokende schouwen, de zaagtanden van de fabrieksdaken, de wirwar van treinsporen die in het blauwe ochtendlicht aan het Gara de Nord samenkomen.
Op 11 januari zaten we met z'n allen op het dak van het Geologisch instituut. De ploeg was druk in de weer om tegen zonsopgang klaar te staan voor een erg breekbare scène met Maria en Bogdan. Uiteindelijk werd het één van die momenten waarbij alles klopt en alle parameters mekaar versterken: de acteerprestaties, de locatie, het licht, het kleurenpalet... Zo'n moment waarop je met ingehouden adem en ijspegels aan je moustache denkt, hier doe ik het dus voor.’