Als een film in de bioscoop komt, staan acteurs en regisseur in de spotlight. Maar wie zijn al die mensen op de aftiteling, die de film echt maken? Vandaag deel 2 uit een serie portretten door Jo Voets, met mini-interviews over leven en werk op de set van In Blue.
Dana Horeman – setdresser
Met haar karretje vol wondermiddelen zorgt Dana op de set dat de ideeën van het production design team zichtbaar worden. Alles wat in beeld komt, moet op zijn plek vallen. Dus schikt en herschikt ze steeds de rekwisieten (rolkoffers, injectiespuiten, uithangborden, you name it). Ze zorgt dat dingen glanzen of juist niet. En bewaakt de continuïteit van alle objecten op de set, die anders van shot tot shot een heel eigen leven zouden gaan leiden. Grootste vijand van de setdresser: koffiebekers en andere meuk van mede crew-leden…
Op de foto?
‘Ik ben hier mijn materiaal aan het verplaatsen vanuit onze Art bus naar een flatgebouw om de hoek waar we draaiden. Het was er grauw en koud, precies de juiste look die we nodig hadden voor het exterieur-shot dat we daar gingen draaien!’
Mooie herinnering?
‘Het moment wat het meeste indruk op me heeft gemaakt is de scène waarin een van de acteurs opgebaard ligt in een Roemeens huis. De figuratie waren mensen van de straat en door de echtheid van de setting hadden een aantal mensen het emotioneel moeilijk en hier en daar zagen we wat tranen vloeien. Door die emotie en het verdwijnende daglicht besloot Melle (van Essen, director of photography) zo snel mogelijk te gaan draaien. Ik rende naar binnen met 2 pakjes sigaretten om enkele figuranten te laten roken, maar werd bij binnenkomst meteen belaagd en sigaretten werden uit m'n handen getrokken. Ondanks dat deze hele setting fictief was, leek het bijna documentair, zoveel echtheid zat er in deze scène. Vol adrenaline heb ik toen naar de shots op de monitor gekeken.’
Grootste uitdaging als setdresser op deze film?
‘Om alles er zo echt mogelijk uit te laten zien, alles moest kloppen. Ik wist voor deze film weinig over het straatleven in Boekarest. Na het zien van een aantal documentaires en gesprekken met Jo Voets (red.: een Belgische fotograaf, die door de jaren heen een hele reeks over de tunnels van Boekarest heeft gefotografeerd), werd me langzamerhand duidelijk waar ik mee te maken had. Ook Riflorika, een Roemeense die vroeger in een van de tunnels leefde en adviezen gaf op de set, kon ik altijd vragen wat gebruikelijk was.’
Moeilijkste moment?
‘Toen we afscheid namen van het vriendengroepje van Nicu (Bogdan Iancu). Een deel van deze jongens leeft in de film maar ook in het dagelijkse leven op straat. Na hun laatste draaidag reed ik met onze materiaalwagen terug naar het hotel en kwam het emotioneel echt even binnen. De stad met al zijn pracht en praal vond ik maar een corrupte bende. Het leven op de straat is zo hard en nog eens extra moeilijk in de winter onder extreem koude weersomstandigheden.’